Inbakeren betekent het stevig in doeken wikkelen van je kindje. Het inbakeren kent een lange geschiedenis. Vroeger werd elk kindje direct na de geboorte ingebakerd. Men dacht hiermee eventuele kneuzingen, die tijdens de geboorte waren opgelopen, te genezen. Daarnaast geloofde men dat het inbakeren een methode was tegen navelbreuken en geloofde men dat het kindje door het inbakeren een sterke rug en rechte armen en benen zou ontwikkelen. Toen men ontdekte dat het inbakeren de groei en ontwikkeling van de baby in de weg stond, is het langzaam in onbruik geraakt.
Waarom inbakeren?
Ongeveer vijftien jaar geleden werd het inbakeren echter herontdekt. Men ontwikkelde een veilige inbakermethode, die de groei van het kindje niet meer in de weg zou staan. Deze methode bleek vooral geschikt voor zeer onrustige kindjes of huilbaby’s. Wanneer je kindje bijvoorbeeld geboren is na een snelle of lastige bevalling, kan het last krijgen van stress. Dit uit zich in veel onrustige en ongecontroleerde bewegingen, de zogenaamde schrikreflexen, met de armpjes en beentjes. Deze onrustige bewegingen zorgen ervoor dat het zichzelf wakker houdt, of moeilijk kan doorslapen. Doordat je kindje te weinig slaap krijgt, is het vaak te moe om te eten en te drinken. Hierdoor kan je kindje langzaam een groeiachterstand ontwikkelen. Het inbakeren zorgt ervoor dat je kindje beperkt wordt in zijn (ongecontroleerde) bewegingen en zich daardoor makkelijker kan overgeven aan de slaap. Bovendien zorgen de doeken, volgens kenners, voor een extra gevoel van veiligheid en geborgenheid bij je baby. Het is overigens wel belangrijk dat het inbakeren goed gebeurt. Als je je kindje te strak inbakert, kan dit leiden tot heupproblemen of warmtestuwing.
Oriënteer je goed!
Wanneer je kindje last heeft van onrust of moeilijk in slaap kan komen, kun je overwegen om je kindje in te bakeren. Er zijn speciaal ontwikkelde inbakerdoeken op de markt, die je kindje de rust kunnen geven die het nodig heeft om in te slapen. Zorg wel dat je je eerst goed verdiept in de methode en de voors en tegens van het inbakeren. Het is ook verstandig om eerst je huisarts of consultatiebureauarts te raadplegen. Er kunnen medische redenen zijn om af te zien van het inbakeren. Als je goed beslagen ten ijs komt, weet je zeker dat je kindje er optimaal baat bij heeft, en dat het zo veilig mogelijk gebeurt.
Hoe baker ik mijn kindje in?
Je kindje kan worden ingebakerd in een traditionele doek, een kant-en-klare doek of een speciale inbakerzak. Let bij de aanschaf van een inbakerdoek of -zak goed op de veiligheid van het materiaal. Het veiligst is het gebruik van rekbare katoen. Katoen is voldoende luchtdoorlatend. Dit zorgt ervoor dat je kindje niet te warm wordt. Je kunt beter geen synthetische materialen gebruiken. Deze materialen zijn onveilig voor je kindje omdat ze te weinig luchtdoorlatend zijn. Hierdoor verhogen ze de kans op warmtestuwing of zelfs verstikking. Naast het gebruik van het goede materiaal is het belangrijk om te letten op de heupjes van je kindje. Een inbakerdoek mag strak om het bovenlijfje tot óp de heupjes van je baby. Als de beentjes van je kindje ontspannen in kikkerstand kunnen liggen, worden de heupjes niet belast. In dat geval wordt de groei en ontwikkeling van de heupjes niet belemmerd.
De voordelen van inbakeren
Wetenschappelijk onderzoek heeft aangetoond dat ingebakerde baby’s rustiger slapen. De hartslag wordt lager en de remslaap neemt toe. Daarnaast worden ingebakerde kindjes minder snel wakker en voelt je kindje zich geborgen en veilig in de doek. Uiteraard blijft het belangrijk dat het inbakeren op een veilige manier gebeurt. Pas dan heeft je kindje echt baat bij deze methode. Als je twijfelt over het gebruik van een inbakerdoek, kun je altijd terecht bij je consultatiebureau arts. Hij of zij kan je alle informatie geven rondom het inbakeren. Kijk ook even op de website van VeiligheidNL, om te lezen wat zij zeggen over inbakeren.