Een ziekenhuisbevalling noemen we ook wel een poliklinische bevalling. Tenminste, als je geen medische indicatie hebt. Tijdens een poliklinische bevalling word je opgenomen voor de tijd dat je bevalling duurt. Je bevalling begint dus thuis, maar tijdens de ontsluitingsfase ga je naar het ziekenhuis. Ook in het ziekenhuis begeleidt de verloskundige de bevalling. Zij maakt gebruik van dezelfde instrumenten en hulpmiddelen, als dat ze thuis zou doen. Je maakt dus eigenlijk alleen maar gebruik van de ziekenhuiskamer en het ziekenhuisbed. Wanneer er zich echter tijdens de bevalling complicaties voordoen, kan de gynaecoloog of kinderarts heel snel worden opgeroepen. Dat is voor jou, als mama, vaak een prettig idee. Hou er wel rekening mee dat de specialisten niet 24 uur per dag in het ziekenhuis aanwezig zijn. Het kan dus best eventjes duren voordat ze daadwerkelijk naast je bed staan. Wanneer alles zonder problemen is verlopen, ga je samen met de baby zo snel mogelijk weer naar huis.
Voordelen bevallen in ziekenhuis
Er kleven zowel voor- als nadelen aan het bevallen in een ziekenhuis. Een van de meest zwaarwegende voordelen is dat, in geval van nood, alle medische apparatuur aanwezig is om je te ondersteunen. Daarnaast zijn de artsen snel ter plaatse. Wanneer er complicaties optreden, hoef je niet meer vervoerd te worden. Het is ook handig dat je in het ziekenhuis altijd kunt kiezen voor pijnstilling. Krijg je het té zwaar, dan is de stap naar een ruggenprik snel gemaakt.
Diverse ziekenhuizen hebben speciale momenten waarop zwangere vrouwen en hun partner een kijkje kunnen nemen in de verloskamer en op de kraamafdeling. Je kunt alles rustig bekijken en vragen stellen. Zo wordt het allemaal misschien iets minder spannend.
Nadelen bevallen in ziekenhuis
Bevallen in het ziekenhuis is niet hetzelfde als thuis. Je mist je vertrouwde omgeving en bent afhankelijk van de afspraken en regels zoals die in het ziekenhuis gelden. Ook heb je een stuk minder privacy dan thuis. Wanneer je bevalling snel op gang komt, moet je met sterke weeën nog naar het ziekenhuis rijden. Dit kan best pijnlijk zijn, en de spanning kan zelfs de bevalling tijdelijk stilzetten.
Wat moet je meenemen?
Als je in het ziekenhuis wilt bevallen, is het belangrijk dat je zo’n drie weken voor de uitgerekende datum een tasje klaarzet met spulletjes die je nodig hebt. Als je naar het ziekenhuis moet, heb je alles direct bij de hand.
Hieronder vind je een overzicht van de inhoud van je ziekenhuiskoffertje;
- Handige kleding om in te bevallen, bijvoorbeeld een pyjama of joggingbroek.
Tip: Zorg dat je een pyjama koopt die aan de voorkant open kan. Dit is handig wanneer je borstvoeding moet geven. - Een spelletje of puzzelboekje voor het geval dat je moet wachten.
- Pantoffels of warme sokken.
- Lekkere trui
- Ondergoed
- Bril en/of contactlenzen
- Toilettas (tandenborstel, tandpasta, shampoo, bodylotion, make-up en een borstel.
- Kleding voor je kindje. Denk hierbij aan een mutsje, rompertje, de eerste kleertjes, sokjes en een jasje. Eventueel luiers, maar deze hebben ze in het ziekenhuis vaak ook.
- Fototoestel of camera.
- Mobiele telefoon en telefoonnummers
- Maxi-Cosi
Extra kosten
Poliklinisch bevallen brengt vaak extra kosten met zich mee. Je kunt hiernaar informeren bij je verzekering.
Kraampakket
Wanneer je in het ziekenhuis bevalt, heb je een minder uitgebreid kraampakket nodig dan bij een thuisbevalling. Via de verzekeraar krijg je echter bijna altijd een uitgebreid pakket, dat je zowel voor een thuis- als voor een ziekenhuisbevalling kunt gebruiken. Vaak kun je de spullen die je over hebt uit je kraampakket doneren aan bijvoorbeeld Stichting Baby Hope. Kijk voor meer informatie over de Stichting Baby Hope op www.stichtingbabyhope.org.