Ik weet niet goed hoe ik het moet omschrijven in de titel van het topic. Ik zal uiteraard aftrappen! Na het zien van de film E.T: Ik had dus net zoals in de film een kast waarin allemaal knuffels lagen/stonden. Ik heb serieus een aantal avonden voordat ik ging slapen in mijn kast gekeken of E.T. niet tussen mijn knuffels verstopt zat. Eerste keer alleen thuis s’avonds, 1e Jurassic park gekeken, en dan denken dat ik als er in de straat deuren of autodeuren dichtsloegen de T-rex in de verte hoorde. En hoe vaak ik wel niet heb gedacht dat er zomaar een haai mij aan kon vallen in een zwembad. Ik had dat dus vooral in de golfslagbaden als ik helemaal in het diepe naar die rooster zwom. Het zal je toch gebeuren dat er zomaar haaien door die die rooster tevoorschijn zouden komen.
Ik dacht dat ik aan het einde van de roltrap met mijn voeten ertussen kon komen. Bij die gleufjes dus waar de trede verdwijnt zeg maar. Dus ik nam altijd een grote sprong van de trap af wanneer we er bijna waren.
Na het zien van pipi langkous die met borstels aan haar voeten over het plafond kon lopen gingen mijn zussen en ik aan de slag. We waren er met ons speciale zeepgoedje echt van overtuigd dat ook wij over het plafond konden lopen.
Ik had dat soort dingen echt nooit. Ik had wel een hele grote fantasie, maar met dat soort dingen absoluut niet. Mijn moeder wilde voor één keer in zo’n soort situatie pedagogisch verantwoord zijn... Blijkbaar had ik gedroomd dat er een heks onder mijn bed lag verstopt, ik midden in de nacht huilen, mijn moeder die aan komt lopen en vraagt heel rustig wat er aan de hand is. Huilend vertel ik haar dat er een heks onder mijn bed lag verstopt en dat de heks niet weg wilde gaan. Dus mijn moeder zegt voor 1 keer, heel pedagogisch verantwoord “ zal ik de heks dan maar weg jagen zodat je verder kan slapen?” “ nee mam doe niet zo gek, je weet toch wel dat er geen heks onder mijn bed kan liggen?! Het was maar een droom!”
Ik denk de meest voorkomende. Na het zien van Jaws wilde ik de zee niet meer zo ver in. Zelfs een diep zwembad was soms eng
De gekste is denk ik wel dat ik me voorstelde dat etenswaren die samen verpakt waren vrienden zouden zijn van elkaar. Dus dat ik ze achter elkaar op moest eten, zodat ze samen zouden blijven. Dus de boontjes op mijn bord moest ik in ieder geval in tweetallen opeten, want anders werden ze eenzaam. Niet dat de hele zak chips leeg moest, maar wel de chipjes in mijn bakje in tweetallen, haha. Daarnaast ook dingen als in mijn bed springen van ver, omdat er iets onder zou liggen. Of dat mijn knuffels konden praten, dat soort dingen.
Er was in de jaren 80 een tekenfilmserie 'er was eens' en dat ging over hoe je lichaam werkte. Je zag dan je weerstand als poppetjes door je lichaam lopen. Ik dacht dat die echt bestonden en zo mijn drolletjes aan het kneden waren in mijn buik. Dat geloof ik nog steeds
Ik heb vroeger eens gedroomd dat ik kon vliegen, maar die droom was zo levensecht, dat ik er heel lang van overtuigd was dat het ook daadwerkelijk was gebeurd. Bij de mini playback show dacht ik dat ze echt zo snel waren met omkleden.
Beide kinderen (8 en 5) dachten dat familieleden in films ook in het echt familie waren. Dus dat de kinderen en ouders echt kind/ouder waren en dat ze bij het ontbijt bijvoorbeeld in hun echte huis zaten. Was een openbaring toen dit niet zo bleek te zijn. Het gekke is dat ze wel wisten dat het acteurs waren en dat het gespeeld was maar blijkbaar hield het daar op.
Vroeger had je op Fox Kids de serie Kippenvel. Een aflevering ging over mummies. Nachten heb ik wakker gelegen en gedacht dat er een mummy achter mijn bed lag!
Wat ik vooral leuk vind is dat je als kind denkt dat jij de enige bent met deze gedachten. Maar veel dingen die ik hier lees, zoals het vliegen, haaien in het golfslagbad, het eten van dingen die bij elkaar zouden horen, zijn toch wel heel herkenbaar. Heerlijk om te lezen.
Ik was juist bang, dat ik met mijn voet vast zou komen te zitten in die roosters van het golfslagbad en werdt meegezogen.
Een lijsterbes noemen wij in Friesland een ‘koetsjekraal’. Mijn vriendin en ik hadden bedacht dat er een reusachtige ‘koetsjekraal’ (zo’n rode bes aan die plant) in een garage bij ons in de straat woonde. Eén keer in de zoveel tijd kwam hij uit de garage om alles wat op zijn pad kwam, kapot te maken. We zeiden dan tegen elkaar: ‘De koetsjekraal komt vanavond weer, hè!’ En dan waren we druk met het verzamelen van stenen en het maken van modderbommen om de koetsjekraal te verslaan. We geloofden hier op een gegeven moment ook echt in. Ik woon nu nog steeds in hetzelfde dorp en elke keer als ik die garage zie, denk ik aan de koetsjekraal.