Oja, en bij ziektes en kwaaltjes: "het is vanzelf gekomen, dus het zal ook vanzelf wel weer gaan." Slaat natuurlijk helemaal nergens op.
Ik heb geen uitspraken van mijn oma of opa. Maar mijn moeder zegt :"als drukmaken zou helpen, dan deed ik met je mee". Die zit stevig in mijn oren geknoopt!
Als je aan mijn oma vertelde (mijn moeder vroeger) dat je het huis nog moest poetsen: “Ach, het huis staat er langer dan dat jij er bent.” “Waar er drie kunnen eten, kunnen er ook vier eten.” “Waar je ogen niet waren, moet je mond niet over praten.” Tegen kinderen: “Jullie mogen alles eten, maar hoeven niet alles te weten.”
Seks is soms net zilver poetsen, van te voren heb je er geen zin in, maar als je klaar bent ben je blij dat je het hebt gedaan
Mijn oma was vreselijk zuinig en haar lievelingsuitspraak was: “ieder dubbeltje is het begin van een miljoen!”
Brutalen hebben de halve wereld (en nemen de andere helft erbij) en Een mens lijdt vaak het meest, onder het lijden wat hij vreest, wat nimmer op komt dagen. Moet aan beide zinnen nog heel vaak denken in bepaalde situaties haha.
Bij ons is het: Het is pas koud als de ijsberen een jas aan doen. Niet lullen maar poetsen! (Rotterdamse familie)
Mijn opa zei standaard: hey schoonheid, lach eens dan ben je een stuk knapper Dat werkte wel vaak zei hij ook rustig tegen vreemden op straat trouwens. Kan ik niet ligt op het kerkhof en wil ik niet ligt ernaast.
"Heb je geen zin, dan maak je maar zin". Bij dingen die gewoon moeten gebeuren, niet seksgerelateerd al is het daarvoor soms ook goed
Mijn oma zegt bij alles in de toekomst: Es God bleef (Limburgs) Joddemurje is nieks, mer huj (goedemorgen is niks, maar vandaag)
Hier trouwens het hele gedicht: Een mens lijdt dikwijls 't meest Door 't lijden dat hij vreest Doch dat nooit op komt dagen. Zo heeft hij meer te dragen Dan God te dragen geeft. Het leed dat is, drukt niet zo zwaar Als vrees voor allerlei gevaar. Doch komt het eens in huis, Dan helpt God altijd weer En geeft Hij kracht naar kruis. Een collega zei weleens als het over problemen ging: Het komt te paard en gaat je voet.
Als iemand riep ‘wat doe je nou’ of ‘nouhou’ riep dat antwoordde mijn oma altijd ‘nauw is niet wijd maar wel lastig op zijn tijd’. Verder had ze voor alle cijfers op een dobbelsteen rijmpjes zoals ‘vijf, en de bakker sloeg zijn wijf’