Hey meiden, Ik kwam het volgende stuk tegen op het internet. Ik vond het een erg leuk en interresant artikel: De folliculaire fase : de eicel rijpt De menstruele cyclus begint met de groei en rijping van een nieuwe eicel. Dat proces speelt zich af in een blaasje dat samen met de rijpende eicel follikel wordt genoemd. Vandaar ook de term folliculaire fase. De follikel zal onmiddellijk na de menstruatie in één van de eierstokken (zelden in beide) rijpen van primaire follikel tot een rijpe follikel die Graafse follikel wordt genoemd (= blaasje gevuld met vocht waarin de eicel omgeven door dekcellen tegen de wand gedrukt ligt). De groei en de rijping van eicellen gebeuren onder invloed van hormonen. Zowel het luteïniserend hormoon (LH) als het follikel stimulerend hormoon (FSH) spelen hierbij een rol. De follikel zelf is ook een belangrijke producent van hormonen. Naarmate de follikel groeit, scheidt hij in toenemende mate oestrogenen af. De piekconcentratie aan oestrogenen in het bloed beïnvloedt de baarmoederhals en de slijmprop die zich daar bevindt. Normaal is dit slijm ondoorgankelijk voor zaadcellen, maar onder invloed van de oestrogenen verandert het en wordt het gedurende enkele dagen doorgankelijk. Bovendien ontspannen de spieren rond de baarmoederhals zich onder invloed van de oestrogenen zodat hij zich iets opent en de zaadcellen doorgang verleent. In een reactie op de piek in de oestrogenenproductie begint de hypofyse plots veel luteïniserend hormoon af te scheiden. Dat stimuleert het vrijkomen van de eicel uit de follikel. Ovulatie treedt op 34-36 uur na het begin van de LH piek, de LH piek duurt 48-50 uur. Ovulatie vindt plaats 10-12 uur na het maximum van de LH piek. De follikel in de eierstokken groeit in nauwelijks twee weken tijd van hooguit enkele tienden van een millimeter in diameter bij aanvang van de cyclus tot ruim twee centimeter en meer aan het eind van de folliculaire fase. Een rijpe follikel puilt duidelijk zichtbaar uit de eierstok en is goed zichtbaar met het blote oog. Rijpe follikels zijn ook groot genoeg om ze via echografie op te sporen en aan te prikken (bijvoorbeeld voor het 'oogsten van eicellen' voor kunstmatige bevruchting). Tijdens de folliculaire fase neemt de zowel vochtigheid als zuurtegraad van de vagina toe onder invloed van de oestrogenen. Cyclus in de eicel. Links is Graafse follikel net voor de eisprong. De eisprong of ovulatie De eisprong of ovulatie is het moment waarop de rijpe Graafse follikel barst en de eicel vrijkomt. Dat gebeurt ongeveer 14 dagen voor het einde van de menstruele cyclus. Kort voor de eisprong plooien de eileider en de franjes aan het uiteinde ervan zich rond de eierstok waar de rijpe eicel klaarzit voor de eisprong. Het moment van ovulatie is seizoen gebonden: in de lente treedt de ovulatie 's nachts of 's morgens op, in de herfst en de winter laat in de middag of 's avonds. Wanneer de eicel loskomt, wordt ze gewoonlijk binnen enkele minuten opgevangen door de franjes van de eileider. Ritmische samentrekkingen van de baarmoeder en de eileiders zorgen voor een golfbeweging van vocht waarop de eicel de eileider verder binnendrijft. Het transport van de eicel vanuit de eierstok naar het middelste bredere deel van de eileider (ampulla) gebeurt in minder dan zeven uur. Nadien blijft de eicel ongeveer 72 uur in de ampulla. Maar ze is slechts gedurende 24 uur na de eisprong bevruchtbaar. De bevruchting moet zich bijgevolg ten laatste op die plaats voltrekken. Na 72 uur begint het transport van de eicel, bevrucht of niet, naar de baarmoeder. De luteale fase : de baarmoeder maakt zich klaar Zodra het rijpe eiblaasje (=follikel) openbarst vult deze holte zich met bloed. De cellen van de follikelwand dringen de met bloed gevulde holte binnen en beladen zich met een gele kleurstof. Op die manier ontstaat het gele lichaam of corpus luteum. Dat gebeurt onder invloed van het luteïniserend hormoon. Vandaar de naam luteale fase. Het gele lichaam maakt op zijn beurt progesteron aan, een hormoon dat het baarmoederslijmvlies stimuleert om zich klaar te maken voor de innesteling van de bevruchte eicel. Die laatste bereikt de baarmoeder vijf tot zes dagen na de eisprong. De menstruatie Als de eicel na de eisprong niet werd bevrucht, dan raakt het gele lichaam snel uitgeput. Het wordt vervangen door bindweefselcellen die na enige tijd verschrompelen. Deze plek wordt bleek, het wit lichaampje of corpus albicans. De aanwezigheid van deze witte lichaampjes aan de oppervlakte van de eierstok vormen het bewijs dat er eisprongen hebben plaatsgevonden. Rond de 13de dag neemt de progesteronproductie in dat geval af. Hiermee houdt ook de stimulatie van het baarmoederslijmvlies op. Het baarmoederslijmvlies sterft af en wordt afgestoten. Dat is het begin van de vierde grote fase in de cyclus: de menstruatie (maandstonden of regels). De hoeveelheid menstrueel bloedverlies bedraagt 30-40 ml, vooral tijdens de eerste 2-3 dagen van de menstruatie plaats. Meer dan 80 ml. menstrueel bloedverlies wordt als abnormaal beschouwt en leidt bij 60% van de vrouwen tot anemie. Het begin van de menstruatie markeert ook de aanvang van een nieuwe cyclus: er is geen zwangerschap. Het signaal staat op groen voor de rijping van een nieuwe eicel. zie ook artikel : Anemie (Bloedarmoede) Hoe lang duurt een menstruele cyclus? De gemiddelde duur van de cyclus bedraagt tussen de 25 en 35 dagen. Bovendien kan de duur van een cyclus bij eenzelfde vrouw wijzigen in de loop van haar leven. De meeste vrouwen hebben een cyclus van 28 dagen. Onregelmatige cycluslengte kan een aanduiding zijn voor eventuele vruchtbaarheidsproblemen. Het berekenen van de cycluslengte gebeurt als volgt: men begint te tellen op de eerste dag van de menstruatie (= dag 1 van de cyclus) en men telt verder tot de laatste dag vòòr de volgende menstruatie. De menstruatie zelf duurt tussen de 3 en 7 dagen. De leeftijd waarop een meisje voor het eerst menstrueert is wisselend (12-15 jaar). De menstruatie gaat door tot de leeftijd van 45-55 jaar, de leeftijd waarop de vrouw in de menopauze komt. De menstruele cyclus wordt ingedeeld in 2 fasen: de folliculaire fase vanaf dag 1 van de menstruatie tot aan de eisprong, en de luteale fase vanaf de eisprong tot het begin van de volgende menstruatie. Schommelingen in de duur van de cyclus situeert zich vooral in de folliculaire fase; de luteale fase heeft een tamelijk constante duur (11-14 dagen). Deze schommelingen zijn echter niet noodzakelijk onrustwekkend. Ze komen bij veel vrouwen voor en kunnen het gevolg zijn van tal van factoren (bijvoorbeeld veranderingen van leefgewoonten tijdens de vakantie, een drukke periode op het werk, een aangrijpende gebeurtenis in de familie- of vriendenkring). Na het 45e levensjaar neemt de lengte van de menstruele cyclus toe.
alleen: "de meeste vrouwen hebben een cyclus van 28 dagen" Lijkt me niet zo te kloppen. Waarschijnlijk is het waar dat 28 dagen de meestvoorkomende cycluslengte is, maar dat is niet hetzelfde. In het eerste geval betekent het: "meer dan 50% van de vrouwen heeft een (gemidelde) cyclus van 28 dagen" en als ik hier zo de onderschriften bekijk is dat echt niet zo. misschien heeft maar 15% een 28-daagse cyclus. een tweede 15% 26 of 27. 10% minder dan 26. 25% 29 tot 31. 20% 32 tot 35 en de laatste 15% onregelmatig. (ofzoiets... ik gok maar wat; ben maurice de Hond niet, dus ik neem geen verantwoordelijkheid voor deze getallen ) Maar zo lijkt het alsof je een uitzondering bent als je niet netjes een 28daagse cyclus hebt, terwijl die in het echt juist in de minderheid zijn.