Wij hadden het bij onze rechtsbijstand weggelegd met de informatie die ik had vanaf mijn opleiding. Puntje bij paaltje was er bij het kadaster niks bekend over recht van overpad en zou daar ook in het verleden geen sprake van zijn geweest, althans dat staat nergens geregistreerd, ook bij de voormalige verhuurder niet die de woningen verkocht (ex huurde eerst de woning), maar ook eerdere huurders (de eerste om precies te zijn) wisten niks van een recht van overpad (bleken bekende te zijn van familie). Hoe het dus in haar koopakte is gekomen is een raadsel. En qua band en contact was de boel daarvoor al geëscaleerd, waarvoor ze uiteindelijk is veroordeeld en haar huis moest verkopen, dit was eerder nog een poging om te treiteren naar mijn idee. Bizar genoeg stond het hele recht van overpad niet benoemd bij de koopakte toen zij weg ging, terwijl het toen officieel nog bij de rechtbijstand lag. Wel dat de 2 bovengelegen appartementen bij haar recht van overpad hadden. Maar niet het stukje recht van overpad bij ons en de andere buren. Overigens van sommeren kan überhaupt geen sprake zijn zonder de officiële documenten die onderbouwen wat zij sommeren. En nogmaals als ik je verhaal zo lees, betwijfel ik of die er überhaupt zijn en als ze er al zijn dat ze overeenkomen met wat er nu gesommeerd wordt.
Staat er in jou koopcontract dat je recht van overpad moet verlenen? Lijkt mij namens logisch als dit zo zou zijn. Wij hebben soort steeg achter de tuin. Is van ons maar moeten de buren recht van over pad verlenen. Staat netjes in ons koopcontract. Dus als het ergens staat moet het in jou koopcontract staan. Niet in die van haar lijkt mij.
Het staat inderdaad in mijn koopcontract, dat ik recht van overpad moet verlenen. Ook in dat van mijn buurvrouw. Er staan geen maten bij, of hoe dat pad moet lopen.
Daar heb je ook zeker een punt. Het enige wat me op dit moment tegenhoudt om dit eruit te halen, is dat ik 10 jaar geleden heb aangegeven dat de eventuele volgende bewoners de oude situatie weer terug konden krijgen. Het is mijn geweten dat aan me knaagt. Het moment dat ik er voor kies een opening te maken, is het moment dat ze het recht van overpad terug heeft. Daar zijn we voorlopig niet bereid toe. Eerst kijken wat de juridische bijstand ons adviseert.
Lief dat je het vraagt. De brief naar de rechtsbijstand is verstuurd. De termijn dat ze sommeerde om een opening voor haar achteruitgang te maken, verloop morgen. Ik ga er vanuit dat ik kommende, en anders volgende week hierop wat zal vernemen. En daarop, zullen we dan weer verdere actie ondernemen. Ik heb de buuf in de tussentijd niet gesproken. Dat heeft mij persoonlijk veel rust gegeven. Het moment dat ik haar weer zie, wordt ik al gelijk onrustig. Ik probeer de situatie naast me neer te leggen, en me niet te druk meer te maken. Ik weet waar ik verdere juridisch advies kan inwinnen, en welke stappen ik kan ondernemen.