Als ik aan ... denk, denk ik aan ...! (2)

ALs ik denk aan de grote stad, dan denk ik aan New York

 

Als ik aan New York denk,dan denk ik aan winkelen.

 

Als ik denk aan winkelen, dan denk ik daar heb ik zin in!

 

Als ik denk,daar heb ik zin in!Dan denk ik aan verhuizen.

 

Als ik denk aan verhuizen, dan denk ik aan veel rommel.

 

Als ik aan veel rommel denk, denk ik aan de woonkamer die nog gepoetst moet worden.

 

Als ik denk aan de woonkamer die nog gepoetst moet worden, dan denk ik doe ik morgen wel

 

Als ik denk,doe ik morgen wel,denk ik aan huiswerk maken.

 

Als ik denk aan huiswerk maken, dan denk ik aan vroeger.

 

Als ik denk aan vroeger,dan denk ik aan mijn kindertijd.

 

Als ik denk aan mijn kindertijd, denk ik aan een tijd van spelen en geen zorgen hebben!

 

Als ik denk aan een tijd van spelen en geen zorgen hebben,dan denk ik aan de hemel.

 

Als ik denk aan de hemel, denk ik aan gelukkig zijn.

 

Als ik denk aan gelukkig zijn, dan denk ik aan een 2e zwangerschap

 

Als ik denk aan een 2e zwangerschap,dan denk ik,wanneer zal het zover zijn?

 

Als ik aan wanneer zal het zover zijn denk, denk ik aan de operatie van schoonmoeder.

 

Als ik denk aan de operatie van mijn schoonmoeder dan denk ik dat was voor mijn tijd.

 

als ik denk aan dat was voor mijn tijd, dan denk ik aan ezelsoren opzetten als je stout was.

 

als ik denk aan ezelsoren opzetten als je stout was dan denk ik dat ken ik niet

 

Als ik denk,dat ken ik niet,denk ik aan een vreemde taal.