Als ik aan ... denk, denk ik aan ...!

Als ik denk aan kamelen dan denk ik aan de dierentuin

 

Als ik aan dierentuin denk, denk ik aan apen

 

Als ik denk aan apen denk ik aan apenstreken.

 

als ik aan apenstreken denk,denk ik aan kinderen.

 

Als ik denk aan kinderen dan denk ik laat ze maar komen!

 

als ik denk laat ze maar komen, denk ik aan patatjes

 

als ik aan patatjes denk,denk ik aan fritessaus.

 

als ik denk aan fritessaus denk ik lekker!

 

als ik denk aan lekker, denk ik aan koekjes!

 

als ik aan koekjes denk, denk ik, zijn ze nou alweer op...?

 

als ik denk aan zijn ze nou al weer op? dan denk ik aan dat gaat altijd zo!

 

als ik denk aan: dat gaat altijd zo, dan denk ik aan stress

 

als ik denk aan stress denk ik aan dat het heel herkenbaar is.

 

Als ik denk aan heel herkenbaar, denk ik aan mijn oudste dochter, daar herken ik veel van mezelf in

 

Als ik denk daar herken ik veel van mezelf in dan denk ik aan onze goudvis.

 

als ik denk aan onze goudvis, dan denk ik die zwemt niet meer

 

als ik denk aan die zwemt niet meer dan denk ik aan een lekker bekje

(bijsje hoe gaat ie? je bent er bijna )

 

als ik denk aan een lekkerbekje,denk ik,lekker!

 

Als ik denk aan lekker dan denk ik aan chocolade.

 

als ik denk aan chocolade dan denk ik aan Stockholm