Als ik aan ... denk, denk ik aan ...!

als ik denk aan die hebben er nog 2, dan denk ik aan de overburen

 

als ik denk aan de overburen,denk ik aan een werkende man.

 

Als ik denk aan werkende man,
denk ik aan mijn man.

 

Als ik denk aan mijn man, dan denk ik aan een lieverd!

 

Als ik denk aan een lieverd dan denk ik aan mijn dochtertje

 

Als ik denk aan mijn dochtertje, dan denk die hoop ik ooit te krijgen

 

Als ik die ooit hoop te krijgen denk ik aan een gelukkig kindje

 

Als ik denk aan een gelukkig kindje, dan denk ik aan die wil ik heel graag krijgen

 

als ik denk aan die wil ik heel graag krijgen, denk ik aan een leuke parttime baan

 

als ik denk aan een parttime baan dan denk ik aan dat het jammer is dat ik daar niet genoeg aan heb

 

Als ik denk aan niet genoeg hebben dan denk ik aan hebzucht

 

als ik denk aan hebzucht denk ik aan ruzie

 

Als ik denk aan ruzie, denk ik aan pijn.

 

als ik denk aan pijn, dan denk ik aan mijn schouder

 

als ik denk aan mijn schouder dan denk ik aan dat ik 2 brede schouders heb

 

als ik denk aan 2 brede schouders dan denk ik aan een kleerkast.

 

Als ik denk aan een kleerkast denk ik aan die van mijzelf

 

als ik denk aan die van mijzelf, dan denk ik aan eigen kracht.

 

Als ik denk aan eigen kracht, dan denk ik aan spierballen.

 

als ik denk aan spierballen dan denk ik aan stoere sterke mannen