Dit of dat?

Kalkoen vlees.

Is pas naar de kapper geweest of is niet pas naar de kapper geweest

 

Pas naar de kapper geweest

Wandelen of fietsen?

 

Wandelen

Is ziek of is niet ziek..

 

Niet ziek

Eclair of chips?

 

Chips

High tea of all you can eat.

 

Oei lastig....dan ga ik voor all you can eat

Vlaai of roombroodje?

 

Roombroodje.

Gaat vroeg naar bed of gaat niet vroeg naar bed.

 

Ga niet vroeg naar bed

Voltijd of in deeltijd werken?

 

Deeltijd werken

Pindakaas of speculaas.

 

Pindakaas

Vanillevla of tiramisu?

 

Tiramisu

Gisteren of vandaag.

 

Vandaag

Zonnebril of pet?

 

Zonnebril

Heeft sproetjes of heeft geen sproetjes.

 

Heb geen sproetjes

Gaat vandaag iets leuks doen of niet?

 

Ja ik ga vandaag iets leuks doen.

Voelt zich gestrest of voelt zich niet gestrest .

 

Voel me niet gestrest

Warme of koude maaltijd?

 

Warme maaltijd

Dit weekend of volgend weekend.

 

Dit weekend

Dagje thuis of er op uit?

 

Erop uit

1 grote wens of meerdere kleine wensen.

 

Meerdere kleine wensen

Echt boek of e-boek?