Dit of dat?

Ik krijg deze week geen familie bezoek.

Licht blauw of licht groen.

 

Licht blauw

Bami of rijst?

 

Bami

Schilderen of tekenen.

 

Tekenen

Cash of pinnen?

 

Pinnen

Doet aan valentijnsdag of doet niet aan valentijnsdag.

 

Doet niet aan valentijnsdag

Gaat binnenkort wel of niet uit eten?

 

Gaat binnenkort niet uiteten.

Wit of kleur.

 

Kleur

Melk of witte chocolade?

 

Melk chocolade

Hoog libido of laag libido.

 

Laag libido

Zomer vakantie geboekt of nog niet geboekt?

 

Nog geen zomer vakantie geboekt.En misschien gaat dat ook niet gebeuren.

Heeft een groot gezin of heeft een klein gezin.

 

Normaal 2 kids

Muziek nl talig of Engels talig?

 

Engelstalige muziek

Is getrouwd of is niet getrouwd.

 

Niet getrouwd

Fysieke arbeid of kantoorbaan?

 

Fyske Arbeid

Is ijdel of is niet ijdel.

 

Niet ijdel

Krijgt binnenkort wel of niet een financiële meevaller?

 

Krijg binnenkort een financiële meevaller.

Gisteren of vandaag.

 

Vandaag

Macaroni of spaghetti?

 

Macaroni

Spelletje spelen of boek lezen

 

Boek lezen

Pizza of pannenkoek?