Parttime verzoek afgewezen - tijdelijke contracten

Discussie in 'Zwangerschap en werk' gestart door Yule, 7 jun 2008.

Topicstatus:
Niet open voor verdere reacties.
  1. Yule

    Yule VIP lid

    6 dec 2007
    8.059
    1
    36
    Omdat ik nog in opleiding ben bij de organisatie waar ik werk, en elk jaar op een andere stageplek zit, krijg ik steeds tijdelijke contracten (wisselt soms ook per werkgever/organisatie). Ik snap dat ze vanwege die tijdelijke contracten een parttime dienstverband kunnen weigeren. De landelijke overkoepelende opleidingsinstantie zegt echter dat parttime is toegestaan, mits het 50% of meer is (ik wil 60%).

    Het rare van mijn opleidingssituatie is dat mijn baas en ik een soort wederzijdse afhankelijkheid hebben. Omdat hij mijn opleider is, ben ik afhankelijk van de regels en grillen die hij 'verzint'. Aan de andere kant heeft hij nu zoveel in mij geinvesteerd qua tijd (4 jaar) en geld dat hij mij niet zomaar zal willen ontslaan als mijn contract afloopt. Daarbij mag mijn opleiding niet zomaar gestopt worden, daar moet dan namelijk een hele goede reden voor zijn zoals ernstig disfunctioneren ofzo (en dat is niet zo ). Dus hij kan niet zeggen: "Je hoeft niet meer terug te komen."

    Het zou logisch zijn als mijn baas zich zodanig soepel zou opstellen dat we samen naar een oplossing kunnen zoeken. Maar dat doen hij niet. Het is gewoon: "nee". Wat moet ik dan doen? Mijn kind maar in de prullebak gooien als het geboren is? Want ik heb geen opvang en ik kom dus echt niet fulltime werken. Maar ja, dat schijnt hij niet te begrijpen. Zoals je ziet, ben ik er behoorlijk gefrustreerd over.

    Herkennen anderen dit? Heeft iemand tips over wat mijn rechten/plichten zijn?
     
  2. Simba

    Simba Fanatiek lid

    21 jun 2006
    1.129
    19
    38
    Zie onderstaande tekst uit de Wet aanpassing arbeidsduur. Als je ten minste 1 jaar in dienst ben mag je werkgever alleen weigeren als er sprake is van een zwaarwegend bedrijfsbelang. Let wel op lid 8 en 12!

    Hopelijk heb je hier wat aan.

    Recht op aanpassing van de arbeidsduur

    Artikel 2

    1. De werknemer kan de werkgever verzoeken om aanpassing van de uit zijn arbeidsovereenkomst of publiekrechtelijke aanstelling voortvloeiende arbeidsduur, indien de werknemer ten minste een jaar voorafgaand aan het beoogde tijdstip van ingang van die aanpassing in dienst is bij die werkgever. Voor de berekening van de termijn van een jaar worden perioden waarin arbeid wordt verricht, die elkaar opvolgen met een onderbreking van niet meer dan drie maanden samengeteld. De vorige volzin is van overeenkomstige toepassing op perioden waarin voor verschillende werkgevers arbeid wordt verricht die ten aanzien van de verrichte arbeid redelijkerwijs geacht moeten worden elkanders opvolger te zijn.

    2. Voor militaire ambtenaren wordt het recht op aanpassing van de arbeidsduur geregeld bij algemene maatregel van bestuur op voordracht van Onze Minister van Defensie en Onze Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid met gebruikmaking van onbezoldigd verlof in verband met deeltijdarbeid.

    3. Het verzoek om aanpassing van de arbeidsduur wordt ten minste vier maanden vóór het beoogde tijdstip van ingang van de aanpassing schriftelijk bij de werkgever ingediend onder opgave van het tijdstip van ingang, de omvang van de aanpassing van de arbeidsduur per week of, als de arbeidsduur over een ander tijdvak is overeengekomen over dat tijdvak en de gewenste spreiding van de uren over de week of het anderszins overeengekomen tijdvak. De werknemer kan ten hoogste eenmaal per twee jaren, nadat de werkgever een verzoek om aanpassing van de arbeidsduur heeft ingewilligd of afgewezen, opnieuw een verzoek indienen.

    4. De werkgever pleegt overleg met de werknemer over diens verzoek.

    5. De werkgever willigt het verzoek van de werknemer om aanpassing van de arbeidsduur in, voor zover het betreft het tijdstip van ingang en de omvang van de aanpassing, tenzij zwaarwegende bedrijfs- of dienstbelangen zich daartegen verzetten.

    6. De werkgever stelt de spreiding van de uren vast overeenkomstig de wensen van de werknemer. De werkgever kan de gewenste spreiding van de uren wijzigen, indien hij daarbij een zodanig belang heeft dat de wens van de werknemer daarvoor naar maatstaven van redelijkheid en billijkheid moet wijken.

    7. De beslissing op het verzoek om aanpassing van de arbeidsduur wordt door de werkgever schriftelijk aan de werknemer meegedeeld. Indien de werkgever het verzoek niet inwilligt of de spreiding van de uren vaststelt in afwijking van de wensen van de werknemer, wordt dit onder schriftelijke opgave van de redenen meegedeeld.

    8. Bij vermindering van de arbeidsduur is in ieder geval sprake van een zwaarwegend bedrijfs- of dienstbelang, indien die vermindering leidt tot ernstige problemen:

    a. voor de bedrijfsvoering bij de herbezetting van de vrijgekomen uren;

    b. op het gebied van de veiligheid, of

    c. van roostertechnische aard.

    9. Bij vermeerdering van de arbeidsduur is in ieder geval sprake van een zwaarwegend bedrijfs- of dienstbelang, indien die vermeerdering leidt tot ernstige problemen:

    a. van financiële of organisatorische aard;

    b. wegens het niet voorhanden zijn van voldoende werk, of

    c. omdat de vastgestelde formatieruimte of personeelsbegroting daartoe ontoereikend is.

    10. Indien de werkgever niet een maand voor het beoogde tijdstip van ingang van de aanpassing op het verzoek heeft beslist, wordt de arbeidsduur aangepast overeenkomstig het verzoek van de werknemer.

    11. Uitsluitend ten aanzien van vermeerdering van de arbeidsduur kan van dit artikel of een of meer onderdelen daarvan worden afgeweken bij collectieve arbeidsovereenkomst of bij regeling door of namens een daartoe bevoegd bestuursorgaan dan wel, indien geen collectieve arbeidsovereenkomst of regeling van toepassing is of terzake geen bepaling bevat, indien de werkgever terzake schriftelijke overeenstemming heeft bereikt met de ondernemingsraad of, bij het ontbreken daarvan, met de personeelsvertegenwoordiging.

    12. Dit artikel is niet van toepassing ten aanzien van een werkgever met minder dan 10 werknemers. Deze dient een regeling te treffen met betrekking tot het recht van de werknemers op aanpassing van de arbeidsduur.

    13. Voor de toepassing van het elfde lid geldt een afwijkende regeling door of namens een daartoe bevoegd bestuursorgaan of een afwijkende regeling waaromtrent de werkgever schriftelijk overeenstemming heeft bereikt met de ondernemingsraad, of bij het ontbreken daarvan, met de personeelsvertegenwoordiging, voor vijf jaren vanaf het tijdstip waarop die regeling ingaat, indien geen termijn van ten hoogste vijf jaren is bepaald. Indien geen termijn is bepaald gaat bij wijziging van de regeling waarvan de in de eerste zin bedoelde afwijking deel uitmaakt binnen het in die zin bedoelde tijdvak, ten aanzien van de afwijking een nieuw tijdvak in op het tijdstip van inwerkingtreding van de wijziging.

    Beëindiging arbeidsverhouding

    Artikel 3

    De werkgever kan de arbeidsverhouding van een werknemer niet beëindigen wegens de omstandigheid dat de werknemer in of buiten rechte om aanpassing van de arbeidsduur heeft verzocht.
     
  3. Yule

    Yule VIP lid

    6 dec 2007
    8.059
    1
    36
    Onwijs bedankt, daar kan ik zeker wat mee!
     

Deel Deze Pagina