Boer : Iemand van het platteland Weg : Iets is verdwenen Hechting: Draadje waar je een wond mee dicht maakt Kater : Na het stappen Vorst : Kou Band : van de auto Bank : Waar je op zit Arm : Lichaamsdeel Licht : Gewicht van iets... dat is licht. Kussen : Een kussen voor bank of bed
1. Boer ; man die op het land werkt 2. Weg; waar je op rijdt 3. Hechting; om een wond mee te sluiten 4. Kater; mannetjes poes 5. Vorst ; kou 6. Band ; van een fiets 7. Bank; waar je op kan zitten 8. Arm; lichaamsdeel 9. Licht ; wat een lamp uitstraalt 10. Kussen ; waar je met je hoofd op ligt.
1. Boer ---> iemand die werkt op het platteland 2. Weg ---> waar je op loopt 3. Hechting ---> wat een arts je geeft na een lelijke val 4. Kater ---> the day after 5. Vorst ---> Koning 6. Band ---> autoband 7. Bank ---> waar ik geld haal of breng 8. Arm ---> ledemaat 9. Licht ---> licht van een lamp 10. Kussen ---> waar ik mijn hoofd op leg
Uit de context van een verhaal of setting kun je natuurlijk ook veel halen, maar met de losse woorden is het een ander verhaal, dan kun je verder niks afleiden. Het is hoe dan ook leuk om de verschillen te zien. Zeker bij woorden als hechting of arm, je kunt er alle kanten mee op!
1 - boer van een boerderij 2 - autoweg 3 - na een diepe snee 4 - kat 5 - wintervorst 6 - wiel 7 - financiële instelling 8 - lichaamsdeel 9 - daglicht 10 - om op te slapen
1. Boer > mannetje met strohoed 2. Weg > snelweg 3. Hechting > wond met draad gehecht 4. Kater > kat 5. Vorst > kroon 6. Band > blueband (huh haha ik weet ook niet waarom ik hier aan denk) 7. Bank > het meubel 8. Arm > het ledemaat 9. Licht > peertje/gloeilamp 10. Kussen > van het beddengoed
1. Boer het beroep 2. Weg daar rijdt je op 3. Hechting een flinke wond 4. Kater teveel drank op 5. Vorst koud 6. Band van een auto 7. Bank daar zit ik op 8. Arm lichaamsdeel 9. Licht lamp 10. Kussen daar lig je met je hoofd op
1. Boer. Man in overall bij de koeien 2. Weg. Waar je overheen rijdt 3. Hechting. Dat krijg je bij diepe snee 4. Kater. Na te veel drinken 5. Vorst. Vriezen 6. Band. Muziekgezelschap 7. Bank. Waar je op kan zitten 8. Arm. Lichaamsdeel 9. Licht. Niet zwaar 10. Kussen. Gebruik je met slapen ____________
1. Boer Persoon. 2. Weg Waar je overheen rijdt. 3. Hechting Operatie. 4. Kater Dier. 5. Vorst Koud. 6. Band Muziek. 7. Bank Die waar je op zit. 8. Arm Lichaamsdeel. 9. Licht Tegenovergestelde van donker. 10. Kussen Daar waar m'n hoofd op ligt tijdens het slapen.
1. Boer - zoekt vrouw 2. Weg - op vakantie 3. Hechting - relatie band 4. Kater - Beest 5. Vorst - winter 6. Band - hechting 7. Bank - Luieren 8. Arm - Lichaamsdeel 9. Licht - als een veer 10. Kussen - gevecht.
1. Boer Iemand die koeien melkt enzo 2. Weg Als in niet hier 3. Hechting van die draadjes om je vel bij elkaar te houden 4. Kater oef dat mis ik niet 5. Vorst koud/vries 6. Band Muziek (metal als het even kan) 7. Bank Daar zit ik nu op 8. Arm Weinig geld 9. Licht niet donker 10. Kussen hoofdkussen om op te slapen
1. Een man die op een boerderij woont, tractors heeft etc 2. De weg waar je met je auto/fiets etc op rijd 3. Draadje als je gevallen bent oid 4. Mannelijke poes 5. Koud, winter 6. Zanger, gitarist, drummer die muziek maken 7. Zo een ding waarop je kan zitten 8. Onderdeel van je lichaam 9. Een lamp 10. Een kussen van je bed bijv
1. Boer - boerderij 2. Weg - straat 3. Hechting- draadje na wond 4. Kater - teveel gedronken 5. Vorst - koud 6. Band - muziek 7. Bank - geld 8. Arm - zit aan je lichaam 9. Licht - lamp 10. Kussen - samen met mijn man 😍