Baby’s ontwikkelen zich razendsnel. Het ene moment heb je een afhankelijk klein kindje in je armen, en het andere moment rolt, kruipt of staat je kindje zelfs al. Ieder kindje ontwikkelt zich in zijn eigen tempo. Toch zijn er een aantal overeenkomsten tussen kindjes. Zo gaan de meeste baby’s rond de 3 à 4 maanden rollen, en krijgen ze rond de 6 maanden hun eerste tandjes.
Als je kindje ongeveer 2 jaar is, gaat het zichzelf ontdekken. Je kindje leert dat het een eigen willetje heeft, en daarmee ook tegen jouw regels in kan gaan. Om dat eigen willetje te testen en steeds verder te ontdekken waar zijn of haar grenzen liggen, zal je kindje reageren op de regels die jij stelt. Wanneer jij vasthoudt aan je grens, zal je kindje er alles aan doen om toch zijn of haar zin te krijgen. Vaak gebeurt dit door ‘nee’ zeggen of door driftbuien.
De fase dat je kindje zijn eigen willetje ontdekt, wordt ook wel de peuterpubertijd genoemd. De peuterpuberteit begint meestal als je kindje zo’n anderhalf is, en duurt totdat het een jaar of vier is. Tijdens deze periode merkt je kindje dat hij een eigen persoontje is. Doordat het steeds meer ontdekt waar z’n grenzen liggen, vormt het een eigen identiteit. Je kunt het dan ook vergelijken met de gewone pubertijd;
je kindje probeert zelfstandig te worden. Het heeft deze fase nodig om later goed in de maatschappij te kunnen leven.
Waarom krijgt mijn kindje driftbuien?
Vaak is een driftbui terug te leiden tot een bepaalde gebeurtenis. Zo kan het zijn dat iets specifieks niet lukt, zoals het zelfstandig aandoen van zijn of haar schoentjes. Omdat je kindje nog niet weet hoe hij hiermee om moet gaan, zal het reageren met een driftbui. Hiermee uit het zijn of haar machteloosheid. Wanneer jij rustig reageert en je kindje positief stimuleert, zal de driftbui meestal gauw overwaaien.
Wat gebeurt er in een driftbui?
Soms laat het kindje zich dan op de grond vallen en slaat met zijn armen en benen in het rond. Sommige kindjes bonken ook met het hoofd op de grond. In sommige gevallen kan het kindje helemaal overstuur raken.
Wat kan ik als mama doen tijdens een driftbui?
Het eerste wat je kunt doen is negeren van koppigheid. Doe alsof er niks bijzonders aan de hand is, help en stimuleer je kindje op een rustige manier en ga daarna verder waarmee je bezig was. Probeer je kindje altijd op een positieve manier te stimuleren en negeer het negatieve gedrag. Reageer bijvoorbeeld met: “Dat heb je goed geprobeerd, nu zal mama even helpen, dan kun je het morgen nog eens zelf proberen, lukt vast”.
Uitrazen
Wanneer je kindje volledig opgaat in zijn driftbui, zal het bijna niet te kalmeren zijn. Laat je kindje daarom gewoon uitrazen. Kijk of het zichzelf nergens kan verwonden. Soms helpt het om hem even apart te zetten. Wanneer je peuter zijn woede op jou als ouder richt, door bijvoorbeeld te slaan en/of schoppen, zeg dan duidelijk dat je daar niet van gediend bent. Je kunt aangeven dat je begrijpt dat hij of zij boos is, maar dat een ander pijn doen niet getolereerd wordt. Probeer bovendien consequent en duidelijk te blijven. Nee blijft nee.
Rustig blijven
Soms is het moeilijk om zelf rustig te blijven tijdens de driftbui van je kindje. Als je merkt dat het je even teveel wordt, loop dan even naar een andere kamer en neem de tijd om tot jezelf te komen. Vaak helpt het om eraan te denken dat deze driftbuien slechts tijdelijk zijn en dat je kindje ze nodig heeft om te ontwikkelen tot een stabiele persoonlijkheid. Op die manier neem je het jezelf niet kwalijk en leer je rustig met de situatie om te gaan.