Groei en ontwikkeling

Vroeggeboorte

Vroeggeboorte
Vroeggeboorte
Een normaal voldragen zwangerschap eindigt zo’n achtendertig weken na de bevruchting. Soms komt het echter voor dat een kindje veel te vroeg geboren wordt. Afhankelijk van het moment van geboorte spreken we dan van vroeggeboorte of extreme prematuriteit.

Wanneer spreken we van een vroeggeboorte

We spreken van vroeggeboorte als het kindje voor 37 weken zwangerschap ter wereld komt. Dit komt bij ongeveer 7 tot 8 procent van de zwangerschappen voor. Bij de helft van deze gevallen spreken we zelfs van extreme vroeggeboorte. Dit betekent dat het kindje zelfs voor 32 weken zwangerschap ter wereld komt. Vaak hebben deze prematuren ook een lager geboortegewicht dan op grond van het aantal weken zwangerschap verwacht mag worden. Dit wordt dysmaturiteit genoemd.

Kunstmatige vroeggeboorte

Een vroeggeboorte, tussen de 32 en 37 weken zwangerschap, kan spontaan plaatshebben, of kunstmatig worden opgewekt. Dit laatste gebeurt vooral als er direct gevaar voor de baby dreigt. Zo kan je kindje zuurstoftekort hebben of is er sprake van een ernstige groeiachterstand. De artsen vinden het dan verstandig om je te laten bevallen. Zo kunnen ze buiten je baarmoeder de zorg geven die je kindje zo hard nodig heeft.

Spontane vroeggeboorte

De oorzaak voor een spontane vroeggeboorte is meestal lastig aan te wijzen. Zo kunnen je vliezen spontaan breken of kan er iets misgaan met je placenta, waardoor er bloedverlies optreedt. Afwijkingen aan de baarmoederhals of de vorm van de baarmoeder kunnen ook leiden tot een spontane vroeggeboorte.

De meest voorkomende oorzaak van vroeggeboorte zijn infecties in de vagina. Zo’n infectie of bloeding kan irritatie veroorzaken van de vliezen of de placenta. In dat geval komen er verschillende stofjes vrij, waardoor de zogenaamde prostaglandine vrijkomt. Deze hormoonachtige stof veroorzaakt ontsluiting, weeën en het breken van vliezen. Wanneer je vliezen eenmaal zijn gebroken, loopt je kindje meer kans op infectie. Meestal laat de gynaecoloog je in dat geval gewoon bevallen.

Behandeling dreigende vroeggeboorte

In geval van een dreigende vroeggeboorte, probeert de arts er natuurlijk van alles aan te doen om je kindje zo lang mogelijk in je baarmoeder te laten zitten. Wel is het een voorwaarde dat je langer dan 24 weken zwanger bent. Pas vanaf die zwangerschapsduur heeft je kindje een kans op overleven buiten de baarmoeder. Wanneer je last krijgt van vroegtijdige weeën, zal de arts je zogenaamde weeënremmers geven. Deze zijn gericht op het stoppen of verminderen van de weeën. Helaas geven ze vaak niet meer dan een paar dagen uitstel tot de bevalling. Daarnaast wordt de baby behandeld met zogenaamde corticosteroïden. Deze zorgen ervoor dat de longen en organen van de baby sneller rijpen, om zo de overlevingskansen van het kindje te vergroten.

Gevolgen vroeggeboorte

De gevolgen van vroeggeboorte verschillen van kind tot kind. Vaak zijn de longetjes en het maagdarmstelsel nog niet rijp, waardoor kleine en grote problemen ontstaan. Ook zijn de bloedvaten in de hersenen nog niet volgroeid. Daardoor zijn deze te vroeg geboren kindjes vaak extra kwetsbaar voor hersenbloedingen en herseninfarcten. De ernst van de gevolgen hangt ook af van de oorzaak van de vroeggeboorte. Maar over het algemeen geldt; hoe korter de zwangerschap, hoe groter de kans op problemen.

Heftige periode

Als je kindje te vroeg ter wereld komt, zal het in de couveuse terechtkomen. In dat kleine glazen bedje krijgt het de specifieke zorg die zijn overlevingskansen zo groot mogelijk maakt. Voor een papa en een mama is dit vaak een heftige periode. Je had je kraamtijd waarschijnlijk heel anders voorgesteld. Daarnaast kun je je kindje maar eventjes vasthouden en vaak is je kindje ook nog aangesloten op talloze slangetjes en apparatuur. De meeste ziekenhuizen hebben dan ook gespecialiseerde maatschappelijk werkers, die je zo goed mogelijk door deze periode heen helpen.